De motorolie is van groot belang. Het zorgt ervoor dat alle bewegende onderdelen in de motor soepel blijven werken waardoor de slijtage wordt beperkt. Daarnaast voert het de warmte van het verbrandingsproces af en zorgt voor een goede afdichting van keerringen, zuigers en cilinders.
Wanneer olie verversen?
Dit is afhankelijk van het aantal kilometers dat je rijdt, hoe vaak je de auto gebruikt en de gemiddelde afstand die je rijdt per rit. De algemene richtlijn die we hanteren: elke 10.000 – 15.000 km of eenmaal per jaar als je minder dan dit aantal kilometers rijdt.
Doe je dit niet en rij je door met slechte of te weinig olie dan zullen onderdelen in de motor vervuilen, verslijten of kapot gaan – en in het ergste geval dus een motor die je moet vervangen.
Olie zelf bijvullen
Olie is eenvoudig om zelf bij te vullen. Let er wel op dat je de juiste olie bijvult (*) en dat je maximaal 0.5 liter per keer bijvult.
- Parkeer de auto op een vlakke ondergrond.
- Zet de auto minimaal 10 minuten stil en laat de motor afkoelen.
- Open de motorkap en draai de oliedop eraf.
- Maak de peilstok schoon (met een doek).
- Doe de peilstok erin en haal hem eruit.
- Lees de peilstok af. Het oliepeil dient tussen de twee streepjes te staan.
- Kijk in het instructieboekje welke olie je moet bijvullen.
Sludge
Als er aan je olie-dop een zandkleurige smurrie te zien is dien je je olie direct te verversen. Dit is niet direct schadelijk voor je auto, maar als er veel vocht bij de olie komt dan ontstaat er ‘sludge’. Dit komt vaker voor bij auto’s die met name gebruikt worden voor kortere ritjes.